Over een klein ventje en mensen, te arm om te begraven. 17 e etappe Venlo – Mook, deel een.

Nieuw Bergen.- Ogenschijnlijk valt er over Noord Limburg niets te vertellen. Wie de streek, ten oosten van de Maas en benoorden Venlo niet kent, zal er niet snel komen. Ten onrechte, vrees ik. De zeventiende etappe van de voettocht was niet alleen mooi en leerrijk, maar ook aangrijpend. Het verhaal over het museum van Limburg, over een klein ventje, over de pastoor en mensen, te arm om te begraven.

Venlo is, door haar ligging aan de Maas, van oudsher een handels en marktplaats. Reeds in de 14 e eeuw was de kleine stad in Noord Limburg zo zeer van belang dat het lid kon worden van de kring van de Hanze steden. Nu nog steeds geldt Venlo als handels en transportcentrum door de ligging aan spoor en snelwegen, en ook omdat hier een grote overslaghaven voor de binnenvaart wordt ontwikkeld. In het centrum van Venlo doen Duitsers vaak en veel boodschappen.
Wanneer ik per trein in Venlo arriveer ligt aan de overkant van het opgebroken en winderig stationsplein het Limburgs Museum. Dat is een aangename verrassing; in iedere provincie hoop ik tijdens mijn voettocht ten minste een museum te bezoeken. In Maastricht had ik graag het Bonnefanten Museum willen bezoeken, maar daartoe bleek geen mogelijkheid. Nu ligt het Limburgs Museum onverwacht op mijn route… Dus niet geaarzeld, vooral niet omdat het provinciaal museum ongetwijfeld de geschiedenis zal belichten en die is buiten Limburg naar mijn stellige indruk, te onbekend.
Het Limburgs Museum is gevestigd in een nieuw relatief nieuw gebouw; het is even zoeken voor je de ingang vindt, maar daar word je opgevangen bij een balie, en krijg je uitleg over de verschillende verdiepingen en welke zaken en zalen je waar kunt vinden. Ik realiseer me dat ik de hele middag wel door dit museum zou kunnen dwalen, zoveel bijzonders en aardigs is er te zien.
Ik begin bij het begin, in een zaal waar op een ronde wand, zoals in een Panorama, een film wordt vertoond over de geschiedenis en ontwikkeling van het Limburgs landschap, en de Limburgse samenleving. Die geschiedenis gaat terug naar de prehistorie, naar de tijd waar het landschap werd gevormd door ingrijpende veranderingen van het klimaat, tienduizenden jaren terug. Ik kijk en luister ademloos. De polder waar ik woon, de oudste van het voormalige eiland Noord Beveland dateert van 1598; het voor mij vertrouwde landschap is slechts 413 jaar oud, en door mensenhanden gemaakt.
Het Limburgse landschap, waar ik nu al weken doorheen wandel, is eeuwenoud, en gevormd door regen en wind, door beken en rivieren maar de landsgrenzen van Limburg zijn in de loop der tijd door ‘vreemde’ machtshebbers aangebracht. De jongste grenscorrecties in Limburg dateren van 1866; ouder is ‘Limburg’ feitelijk niet. Het is geen wonder dat Limburgers weinig gevoel hebben voor die onnatuurlijke landsgrenzen. In dit geval is Den Haag ver weg, maar ooit gold dat voor Wenen, voor Berlijn, voor Brussel en Madrid.
Na de prachtige film ben ik door het museum gewandeld en vond het jammer dat ik mijn jongens niet bij me had. Zou zouden de fossiele vondsten hebben bewonderd, vuurbijlen, en pijlen en speren. Ze zouden van de jagers hebben gezien, en hoe zich langzamerhand boeren vestigden op de vruchtbare oevers van de Maas. Ik had ze mee genomen door de Romeinse tijd, naar de Middeleeuwen en de ridders. We zouden ons hebben verbaasd over de prachtige beelden en objecten uit de rijke katholieke kerken en kloosters, om uiteindelijk terecht te komen aan een eettafel in een kleine, sobere nagemaakte woonkamer van een Italiaanse mijnwerker. En daar zouden we hebben geluisterd naar een schitterend en indringend verhaal, een monoloog van een oude Italiaanse mijnwerker, af en toe hoestend, maar fier en toch ook verdrietig omdat alles wat aan de mijn, en dus aan zijn leven herinnerde werd weg gevaagd.
Het Limburgs museum in Venlo is prachtig. Het wordt de komende maanden en jaren nog uitgebreid, maar laat je daardoor niet afschrikken…

Ik ben daarna de stad ingelopen; Duitsers hadden een vrije dag en wandelden met duizenden door het centrum. De terrassen waren overvol. Het was er, voor wie van drukte houdt, grenzeloos gezellig.

Venlo is de thuisbasis van Geert Wilders, fractievoorzitter van de PVV. Het is niet zo moeilijk om te begrijpen waarom hij ook in Limburg zoveel aanhang heeft; onderweg wordt me vaak verteld dat Limburgers in essentie tegen Hollanders zijn en dat Geert Wilders als weinig anderen in staat is om dat gevoel aan te spreken, te vertalen en te binden. Zelfs in het Limburgs Museum vertellen Limburgers via een scherm dat Hollanders echt andere mensen zijn, een andere levenshouding en cultuur hebben. Veel mensen voelen zich onveilig in wijken, in buurten en in dorpen; Bolkenstein, Fortuyn, Ayaan Hirshi en Wilders gaven en geven uitdrukking aan die gevoelens.

Terwijl ik door de stad wandel, vrij en onbeschermd, realiseer ik me dat Geert Wilders dat niet kan, en tegelijk realiseer ik me ook dat vele van mijn vrienden en vriendinnen zich niet veilig voelen, alleen maar omdat zij gelovig zijn. Die spanning bedrukt mijn gemoed zo zeer dat ik zou willen dat ik een tovermiddel kon samen stellen waardoor tegenstellingen zouden oplossen, ontspanning zich zou aandienen en veiligheid, waardigheid en respect voor een ieder vanzelfsprekend zouden zijn. Dat tovermiddel bestaat natuurlijk niet, althans niet buiten een ieder van ons. Wij zijn ons eigen tovermiddel. Ieder mens kan angst overwinnen en een ander mens op zoeken en aanspreken. Kijken, luisteren, vragen en spreken… te voet en welgemoed.

Ik neem de bus van Venlo naar Well om vaart te maken. Tegen zes uur zullen Leo Ponjee en Lia Roefs me opwachten bij mijn slaapadres in Aijen. Van Well wandel ik, via een omweg, over de oostelijke Maasoever in de richting van het kerkdorp Aijen door een gebied, dat zich presenteert als Maasduinen. Het ligt boven Venlo, tussen de oostelijke oever van de Maas en de Duitse grens. Die smalle strook werd in 1815 vastgelegd door … een kanonschot. Aan de begin van de 19e, eeuw reikte een kanonschot ongeveer vijf kilometer. Zo werd de grens vanaf de Maas berekend, vijf kilometer oostwaarts zou Duitsland beginnen.

(vervolg… lees verder in deel twee)

Venlo, grensplaats vol van kooptoeristen

Geef een reactie