Het vingertje van Troelstra; Leeuwarden Stiens ( 2e etappe 2012)

Stiens.- De tweede etappe van het nieuwe jaar leidde van Leeuwarden naar Stiens en vervolgens door het Bildt naar Zwarte Haan…. Over het vingertje van Pieter Jelles; het Volkshuis van Stiens, Mennisten en de mooiste straat van Nederland.

Tijdens mijn wandelingen door Friesland word ik altijd vergezeld door een of meerdere Friese PvdA-ers. Sommigen lopen een uurtje mee op; anderen een hele dag of meerdere dagen. Van Leeuwarden naar Stiens liepen Bertus Mulder en Wietse Martens mee; en van Oude Bildt Syl liepen we met een hele ploeg van het Bildt, onder aanvoering van Tweede Kamerlid Lutz Jacobi en Sietse Keizer. De Friese sociaal democratische geschiedenis stond beide dagen centraal tijdens de wandeling.

Op donderdag troffen Bertus, Wietse en ik elkaar in het station van Leeuwarden. Het was een koude, regenachtige dag; wie niet naar buiten moest, bleef binnen. Vanuit het station wandelden we in noordelijke richting naar het Zaailand. Daar, vertelt Bertus Mulder, op dat grote plein, wordt het nieuwe Friese museum gebouwd dankzij een legaat van de grote Friese architect Abe Bonnema. Hij schonk de stad 18 miljoen euro op voorwaarde dat met het legaat op het Zaailand een nieuw Fries museum zou worden gebouwd. Die schenking heeft voor heel wat rumoer gezorgd in de Friese hoofdstad… moest dat wel, een nieuw museum en moest dat wel op die plaats? Uiteindelijk werd de knoop doorgehakt en werd de schenking en het idee van Bonnema omarmd ( Abe Bonnema is de architect van onder andere de grote wolkenkrabber van Nationale Nederlanden bij het Rotterdamse Centraal station en de hoge, ranke toren van Achmea in Leeuwraden.) Het museum is nu bijna voltooid en het winderige plein wordt straks een echt plein met een menselijke maat en een levendige omgeving.

We passeren het standbeeld van Anne Vondeling, er van de PvdA in de Tweede Kamer en komen uit op een volgend groot plein, Oldenhove. Dat plein wordt gedomineerd door een grote toren uit 1532 die, zo vertelde Bertus, al tijdens de bouw onder het eigen gewicht begon te verzakken. Tijdens de bouw werd de verzakking gecorrigeerd waardoor ze ook nog eens krom werd. In de schaduw van die scheve toren staat een beeld van Pieter Jelles Troelstra; wie het niet weet, ziet het niet.
“Het is een rot beeld,”zegt Troelstra kenner Bertus Mulder. “Dat vingertje. Zie je dat slappe vingertje… Dat is Troelstra niet.” Pieter Jelles Troelstra was een begenadigd spreker, die een massa volk zonder microfoon kon inspireren. Hij gebruikte grote gebaren en wie ooit een foto van Troelstra zag, weet ook hoe hij de mensen kon aanvuren, met zijn arm hoog geheven. “Zo had beeldhouwer Hilde Krop hem ook geschetst; Troelstra, krachtig sprekend, met zijn arm omhoog. Maar daar wilde het door het ARP gedomineerde gemeentebestuur van Leeuwarden niet van weten; die arm mocht niet zo hoog; het beeld mocht niet zo krachtig. Hilde Krop, liet de arm wat zakken, maar dat was nogn iet genoeg. Het resultaat werd dat slappe handje, die krachteloze figuur die er nu staat. Een rotbeeld; Troelstra onwaardig.”

We wandelen verder in Noordelijke richting, passeren de zogenaamde Stendin University, wat een deftige naam is voor de christelijke hogeschool in Leeuwarden en daarnaast gelegen openbare Friese Hogeschool, doorkruisen een grote volkswijk en komen aan de rand van de stad. Hier is een is een asielzoekerscentrum onder gebracht in voormalige barakken van de militaire luchtmachtbasis Leeuwarden. De luchtmachtbasis is nog steeds in gebruik; Nederlandse F. 16 vliegtuigen zijn er gestationeerd en vormen met het bijbehorende lawaai een immer terugkerend onderwerp op talloze bestuurlijke vergadertafels.

Bertus wijst ons op een oud pad door de weilanden; het is een oude verbinding van Leeuwarden met de noorderlijk gelegen dorpen. Ik realiseer me dat over dit pad en de navolgende landwegeltjes Pieter Jelles heeft gelopen, meer dan een eeuw geleden. Het regent intussen hard; het pad is modderig; grote Friese paarden kijken ons bevreemd aan…. in de verte horen we het autoverkeer. We komen over dorpen op terpen, adembenemend mooi. Vaak staat op het hoogste punt een kerk; soms is een deel van de terp afgegraven (wat op enig moment een manier was om de belastingdruk voor kerk en dorp te verminderen) maar steeds valt de onaantastbare rust op die hier de dagen kleurt. Pieter Jelles, die dit pad ook zo vaak gewandeld moet hebben, 125 jaar geleden, nu weinig vernaderingen zou opmerken. Ja, wat auto’s hier en daar; elektrisch licht, televisies en computers in de huizen, straatverlichting… maar verder niets.

Stiens daarentgen is ingrijpend veranderd. Het kleine,vrolijke dorp op drie terpen waar Pieter Jelles naar de lagere school ging, is een grote, rijke gemeenschap geworden, met veel grote vrijstaande woonhuizen en grote wijken met eengezinswoningen uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. “Op enig moment besloot Aegon een aantal vestigingen te sluiten,” vertelt Bertus Mulder, “ook in het Noordenmoest er een keuze worden gemaakt tussen Groningen en Leeuwarden. Nu wilde Aegon best naar Leeuwarden komen maar de werknemers uit Groningen hadden als eis gesteld dat ze ruime woningen wilde bouwen op ongeveer tien minuten rijden van het stads centrum. En dus kwam de burgemeester van Leeuwarden op enig moment met grote soepd naar Stiens, gemeente Leeuwwarderadeel, met de vraag of zij Leeuwarden uit de brand wilden helpen… Konden er op korte termijn honderden nieuwe huizen gebouwd worden. De burgemeester van Stiens beleefde zijn grootste moment…. gevraagd door het grote Leeuwarden!”

De huizen en wijken kwamen er; bovendien werd er een grote zorginstelling gevestigd voor geestelijk gehandicapte mensen. Dat leverde ook veel banen op voor Stiens. Terwijl we langs de plaatsen lopen die Pieter Jelles in zijn gedenkschriften benoemt (de Kakewei) en de koude regen met bakken uit de hemel valt, loopt een jonge vrouw door de stille straten, verdwaald in zichzelf roepend en tierend. Waarheen leidt haar weg, vraag ik me stilletjes af.

Ongemerkt lopen we een van de terpen op waarop Stiens werd gebouwd. Bertus, die een week eerder door Durk Reitsma al werd rondgeleid is op zoek naar het voormalige volkshuis van de SDAP en later de PvdA. Het Volkshuis in Stiens kwam er op initiatief van Pieter Jelles Troelstra. Er werden bijeenkomsten gehouden, lezingen; er werd vergaderd, gezongen en toneel gespeeld…

We vinden het uiteindelijk, achter een eenvoudige woning vlak in de buurt van een bakkerij.
Het is volskhuis is nauwelijks herkenbaar als gemeenschapshuis; in tegendeel. Het lijkt, met twee smalle vensters en het lage dak, niet veel meer dan een kleine uitbouw van het woonhuis. Op het moment dat we een schuilplaats willen gaan zoeken, stapt een oude baas met zijn rollator naar buiten. De oude heer kent de geschiedenis van het Volkshuis als weinig anderen; hij is 85 jaar en zijn levenlang beheerder van het gebouw geweest. Daarvoor waren het zijn ouders, die het pand exploiteerden. Zij moeten door Troelstra en de zijnen zijn aangezocht. Van toneeluitvoeringen en zangkoren is geen sprake mee; het Volkshuis is verdwenen. “Mijn zoon woont nu in het voorhuis en hij heeft het volkshuis gekocht en bij het huis gevoegd. Je herkent het niet meer; het toneel is verdwenen,” zegt de oude heer.

Even later wandelen we het centrum van Stiens binnen. Daar is een bescheiden monument opgericht wat Troelstra in het Fries en Nederlands herdenkt als schrijver en dichter, want dat was hij. Dichter en schrijver in een prachtig Fries; zijn leidjes behoren tot de klassieke Friese cultuur en worden nog steeds gezongen. Vaak weet men niet eens dat Pieter Jelles Troelstra de schrijver er van was. Tegenover de kerk vinden we het huis waar hij opgroeide; nu is er een praktijk gevestigd van psychologen. Een eindje verder staat het huis waar een schoolmeester woonde, meester Hoogebboom,van het leesplanke.. Aap Noot Mies, Wim Jet…

Stiens herinnert aan die voorbije tijd, maar de drukte voor de Hema is van nu en net zoals elders. Mensen haasten zich voor boodschappen; de uitverkoop trekt altijd volk. Ondertussen zijn we nat; de kou trekt op.

Geef een reactie