De Lier- Rozenburg- Maasvlakte.. Over ondernemen met een visie en hart, Jan Prins, Priva…

Kats.- Drie weken voor zijn overlijden en vlak voor het moment ik aan deze voettocht begon, vertelde mijn vriend en schrijver Wim Stolk over het bedrijf van zijn schoonvader, Priva in de Lier en was hij optimistisch over de mogelijkheden om de crisis te boven te komen door samen met het bedrijfsleven te zoeken naar nieuwe mogelijkheden en nieuwe verhoudingen. We spraken af, Wim en ik, op korte termijn samen te wandelen, en samen te werken. We zouden zeker naar Priva gaan, in de Lier.

Wim was nauw betrokken bij de reeks ‘de Katse brieven’, hij volgde de ontwikkelingen in de Partij van de Arbeid intensief en had nauw contact met leden van de fractie in de Tweede Kamer. Als weinig anderen zocht hij naar nieuwe woorden om de oude sociaal democratische boodschap te vertalen. We hadden plezier in elkanders werk en vulden elkaar aan. Wim overleed in de nacht van 9 op 10 maart, volkomen onverwacht, thuis in Kats. Medische hulp kwam te laat; we wonen hier, vooral ’s nachts, nu eenmaal veraf.
Met de herinneringen aan Wim reisde ik naar de Lier. Met Jan Prins, Wim’s schoonvader, en grondlegger van Priva had ik een afspraak. Eerst wat kerngegevens: Priva is een familiebedrijf, gevestigd in de Lier en wereldleider op het terrein van klimaatbeheersing in de tuinbouw en actief op het gebied van klimaat en energiebeheer in gebouwen, in de ontwikkeling van stadslandbouw en allerlei duurzame oplossingen voor de moderne verstedelijkte samenleving. Er werken wereldwijd ruim 420 mensen bij Priva. Twintig procent van de omzet wordt ingezet voor de ontwikkeling van nieuwe, duurzame oplossingen voor klimaatbeheersing en energiebesparende technieken; bijna een kwart van het personeel is bezig met onderzoek en innovatie. Priva behoort tot de dertig meest innoverende bedrijven in het land; de Priva Campus in de Lier is een van de eerste CO2 neutrale gebouwen in Nederland.
Jan Prins ontvangt me in zijn kantoor; de dagelijkse leiding van het bedrijf heeft hij overgedragen aan zijn dochter Meiny Prins, in 2009 zakenvrouw van het jaar. Maar als weinig anderen kan Jan Prins de bedrijfsfilosofie, de waarden en normen, van Priva toelichten. Jan Prins: “In onze vier leidende principes staat de continuïteit van het bedrijf voorop. Op de tweede plaats gaat het om de mens in de organisatie; er is geen discriminatie naar geloofsovertuiging, ras, sexe of geaardheid, er is respect voor elkaar en we zorgen dat een ieder zich thuis voelt, zich kan ontplooien, en dat we goede arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden. Op de derde plaats: eerlijkheid, naar onze werknemers, klanten, leveranciers en overheden en dat geldt wereldwijd. Op de vierde plaats komt de winst, niet als doel op zich maar als randvoorwaarde voor continuïteit.”
Jan prins onderstreept het belang van familiebedrijven voor de Nederlandse economie. De aard van deze bedrijven is wezenlijk anders dan beursgenoteerde bedrijven; in familiebedrijven staat de continuïteit voorop, in tegenstelling tot bedrijven die van aandeelhouders afhankelijk zijn en voor beurswaard moeten zorgen. “Die grote bedrijven als Philips en ASML heb je nodig in een land,” erkent Jan Prins, “zij hebben de omvang doorbraken te forceren en voor de export en wereldhandel. Maar familiebedrijven spelen een heel andere rol en daar zouden we ons in Nederland meer van bewust moeten zijn. Als we allemaal wat meer en harder zouden werken, komt het allemaal wel goed.”
Jan Prins wijst op het voorbije decennium waarin vrijwel iedereen grote schulden is aangegaan; de komende jaren moeten die schulden worden afgelost. Daarom moeten we er een tandje bijzetten. Maar, spreek ik, de ondernemer aan, we moeten ons er van bewust zijn dat een grote groep mensen geen deel uit maakt van de wereldwijde economische dynamiek en terecht stellen zij de vraag: “En ik dan; wat moet ik doen?”
Dat bewustzijn betekent ook dat we een oplossing moeten vinden voor die steeds groter wordende groep mensen, niet alleen hier, in Nederland, maar ook in andere Europese landen, zoals in Spanje, in Griekenland. Jan Prins: “Zeker. In ons bedrijf zijn de dames die schoonmaken cruciaal; wanneer zij een paar dagen de toiletten niet schoonmaken loopt het bedrijf vast. Dan stopt alles; dat moet iedereen begrijpen. En als bedrijf maar ook als overheid heb je zo een voorbeeld te geven in de samenleving; er moet respect zijn voor een ieder. Ik vind ook dat we aan de onderkant van de arbeidsmarkt de arbeidskosten te zwaar belast hebben. Op het nettoloon zit nog een enorme last aan bruto-loonkosten. Aan de onderkant zouden die lasten er af moeten en de mensen zouden meer betaald moeten krijgen. Dan wordt eenvoudig werk weer lonend en dus herstelt zich het onderling respect. We zouden hier echt met meer creativiteit en flexibiliteit mee om moeten kunnen gaan.”
Ik spreek vertel Jan Prins over mijn regionale plannen voor de arbeid; we zouden nog uren kunnen spreken en oplossingen kunnen vinden voor de meeste problemen, maar mijn tocht gaat verder en de agenda van Jan Prins wijst ook op andere verplichtingen. Tot mijn grote vreugde rijdt Jan Prins me terug naar het piepkleine, schilderachtige dorpje het Woudt waar ik een afspraak heb met Jos van der Knaap, voorman van LTO Nederland, sector Tuinbouw. We nemen hartelijk afscheid.
(wordt vervolgd)

Geef een reactie