Breezand, over onderwijs en de bollen (2)

Breezand – Wanneer je Den Helder verlaat en aan je rechterhand een grote jeugdgevangenis passeert, met een gracht eromheen en met prikkeldraad op de hoge, blinde muren, voel je pas hoe hard het waait. Verderop, bij het vliegveld buiten de stad gelegen, veroorzaken op en af aanvliegende helikopters een hels kabaal. Pas wanneer ik na Den Helder de eerste brug aan de linkerhand neem over het Noord Hollands kanaal en een snelweg, kom ik op zandgronden en vervliegt de tragiek van de oude marinestad.

Het lawaai maakt plaats voor rust; ik wandel langs stille akkers met net ontluikende bloembollen, veelal nog bedekt met stro. In Breezand, het eerste dorp voorbij den Helder, zie ik een verwaaid plantsoen en even verder dichtgetimmerde panden. Wat is dat, waarom verval? Is dat een gevolg van de fusie van een aantal gemeenten tot Hollands Kroon?

Nee, dat blijkt niet het geval. Jan en Toos Breeuwer wonen naast de gesloten panden. “Het staat al een aantal jaren leeg,” vertelt Toos. “Het is een jongerencentrum geweest, de Aap, en een gymnastieklokaal.” Samen met kleinzoon Martin zijn ze buiten aan het werk om een verstopping in het riool ongedaan te maken. Het klusje is eigenlijk juist gedaan en het is theetijd; ik heb geluk.

Jan en Toos zijn hun hele leven lang schoolmeester en juf geweest, in de katholieke school naast hun huis. De dichtgetimmerde gebouwen behoorden bij die school; in het verwaaide plantsoentje stonden drie woningen voor de onderwijzers. Er is een nieuwe school gebouwd en een projectontwikkelaar heeft de rest opgekocht en wacht nu op betere tijden. De oude school is verbouwd en in gebruik genomen als Thomas Huis, vertellen Jan en Toos.

Beiden volgen met belangstelling de verkiezingen voor een nieuwe politiek leider van de PvdA. “We hopen dat de PvdA er weer boven op komt,” zegt Jan. De toenemende ongelijkheid in de samenleving baart hen zorgen, net als de ontaarding van het onderwijs. Lesgeven was voor Jan en Toos een bron van grote vreugde, maar de papierwinkel die in de loop der jaren aan het onderwijs werd gekoppeld nam steeds meer tijd in beslag en ondermijnde de arbeidsvreugde. Zorgelijk ook vinden Jan en Toos de veranderde gezagsverhoudingen. Leerlingen mag je nu nauwelijks nog corrigeren; de docent die onlangs door de politie uit het lokaal werd gehaald na een klacht van een van de ouders, was wat dat betreft een dieptepunt.

Jan was directeur van de lagere school en hoewel hij nu is gepensioneerd blijft hij de betrokken schoolmeester. Jan: “Natuurlijk heb ik vroeger wel eens opgetreden wanneer dat nodig was. Dat sprak vanzelf en het leuke is dat de jongens me zelfs nu nog gelijk geven. Het was wel nodig meester, zeggen ze nu nog. Ik ben nog steeds benieuwd hoe het mijn oud-leerlingen gaat.”

Jan en Toos lachen graag; ze zijn trots op kleinzoon Martin die na het eindexamen een jaar naar Australië gaat om te werken in de landbouw. Daarna wil hij werktuigbouwkunde studeren in Enschede. “Ik had dat ook graag gedaan’’, zegt Jan, “een jaar naar Australië. Maar ja…”

Breezand leeft grotendeels van de bloembollenkweek. De kleine kwekers met een bunder grond zijn vrijwel allemaal verdwenen; familiebedrijven nu bezitten soms meer dan 200 hectare areaal. Op advies van Jan, Toos en Martin ga ik kijken bij de Lentetuin van Breezand, een begrip in de streek.

De Lentetuin is een expositie van bloeiende bloembollen in een grote sporthal. Voor de ingang staat een oliebollenkraam en achter de Lentetuin is een agro/huishoudbeurs in een tent. Binnen word ik overrompeld door een overvloed van kleur van tulpen, narcissen, hyacinten, krokussen en wie weet wat nog meer uit bollen groeit. Het ruikt er heerlijk, en alleen al daarom is een bezoek meer dan waard.

De Lentetuin, vertelde een meneer me, wordt in één week gemaakt door vier tot vijfhonderd vrijwilligers…dat wil zeggen dat ieder gezin in Breezand op de een of andere wijze betrokken is. De gemeenschap organiseert en presenteert zich via de Lentetuin op haar best; natuurlijk laten de kwekers zien wat voor moois ze te bieden hebben en heeft het een commerciële achtergrond, maar de Lentetuin is veel meer dan dat… Vandaar dit advies: ga daarheen, naar Breezand! Volgend jaar is er weer een Lentetuin, begin maart.

Geef een reactie